Door: abt Denis Hendrickx o.praem.
Lezingen: Exodus 19,1-9a; 20, 1-18/Handelingen 2,1-11 en Johannes 20, 19-23
Boven Pinksteren kun je heel wat woorden plaatsen die de kern van het feest duiden, zoals ‘weg uit de schaapskooi’ of ‘laat het maar waaien ‘of ‘God geeft zijn geest aan iedereen’ of ‘op verhaal komen met een nieuw begin‘.
Pinksteren, het feest van de Heilige Geest, maar vooral het geboortefeest van de kerk. Jezus had immers zijn leerlingen beloofd dat ze na zijn dood niet verweesd zouden achterblijven, maar dat de Vader hen een helper zou sturen die hen alles zou laten begrijpen wat Hij hen gezegd had. Met Pinksteren wordt die belofte vervuld.
Een Franse theoloog heeft het eens uitgedrukt als volgt: ‘Op die dag heeft de kerk, waarvan Hij tijdens zijn leven en door het getuigenis van zijn dood en verrijzenis de grondslagen had gelegd, het daglicht gezien.’ Het gaat inderdaad om een geboorte. En het resultaat mag er zijn en is ronduit spectaculair te noemen, zo getuigen de handelingen van de apostelen. De bange, gedesillusioneerde wezens die bij de gevangenneming van hun Heer op de vlucht sloegen en zelfs keihard ontkenden ook maar iets met Hem van doen te hebben gehad, worden onverschrokken missionarissen in dienst van Christus en zijn Rijk. Onder de stuwende leiding van de Geest beginnen ze onvermoeibaar het evangelie te verkondigen ‘dat ieder in zijn eigen taal verstaat’. Zieken te genezen en zondaars te vergeven. En waar het maar kan, verzamelen ze mensen die net als zijzelf naar het voorbeeld van Jezus willen leven, in woord en in daad. Het is dan ook bijzonder passend dat juist rond Pinksteren de week van de Nederlandse Missionaris wordt gehouden.
Hoe is het eigenlijk met ons gesteld, met ons vieren van Pinksteren? Vieren wij de komst van de Heilige Geest? Maar wat betekent dat dan? De geboorte van de kerk, zet die ons dan aan tot het vieren van een groot feest? Gaat het om het vieren van de geslaagde samenleving waarin iedereen elkaar verstaat en zeker als het gaat om Godsdienst? Dat zou een geweldig groot feest waard zijn – en zeker als die gedachte ook meegenomen zou kunnen worden door een mogelijke nieuwe regering die afgelopen dagen is aangekondigd – maar voordat wij het feest kunnen vieren, moet er nog heel wat werk verzet worden. Toch is dat wel een spoor. Pinksteren vieren als het feest van het doorbreken van de grenzen.
En is het niet zo dat er nog heel wat grenzen zijn te overwinnen; gebeurtenissen die ons met een gevoel van machteloosheid vervullen. Bijvoorbeeld: waarom is er zoveel geweld en haat in de wereld en zeker niet alleen ver weg maar ook in onze eigen omgeving? Hoe komt het toch dat er bij heel veel mensen sprake is van korte lontjes? Waarom zoveel armoede en honger in de wereld? Waar blijft het gezond verstand zodat wapens kunnen worden neergelegd in de verhoudingen tussen Rusland en Oekraïne, Tussen Israël en Gaza? Waarom zien zoveel mensen het niet meer zitten, zoals dat heet, en kunnen zij maar nauwelijks levensvreugde vinden? Hoe komt het toch dat zoveel jongeren rondlopen met burn-out verschijnselen? Deze opsomming zou eindeloos kunnen worden uitgebreid en maakt ons wat machteloos.
En vandaag wordt ons gezegd: ’Ontvangt de heilige Geest’, want als we daarvoor open staan ontvangen we kracht van leven. Anders gezegd: niet door almaar kritisch afstand te bewaren, niet door vluchtelingen tegen te houden en te roepen en te handelen voor eigen volk eerst, niet in onverschilligheid ligt onze kracht om de samenleving te bevrijden van zonden, maar in onze bewogenheid, ons enthousiasme en onze inzet is onze kracht gelegen. In onze ontvankelijkheid voor de Geest en in ons geloof in Hem die ons gezonden heeft. Door openheid, inzet en enthousiasme zullen we nieuwe mogelijkheden openen voor mensen, en grenzen overschrijden. Als wij zo doen zal het verhaal van Gods grote daden, de daden van liefde en van geestkracht, steeds verder verteld kunnen worden.
Pinksteren het feest van de Geest. De geest heeft ons te pakken, de geest heeft een nieuw begin gemaakt, telkens weer. En we moeten er eens op proberen te letten wat er dan allemaal kan en gaat gebeuren: dan worden mensen die verstard zijn soepel en plooibaar; dan worden mensen die bedroefd zijn toch blij; dan worden pessimisten toch wat optimistischer, dan worden mensen die koud zijn en kil toch weer menselijker, dan wordt vuur uit koude stenen geslagen, vuurstenen, donderstenen waar de vonken vanaf springen, mensen die aanstekelijk met elkaar omgaan, waar je door geraakt wordt, waar je het warm van krijgt. Mensen die elkaar verstaan en begrijpen, mensen overal vandaan, mensen samen een kleurrijk geheel.
Pinksteren het feest van het enthousiaste begin, het feest van begeesterde mensen die willen vertalen en vertolken. Met Gods hulp, met de helper – de heilige Geest – moet het ook ons lukken.