Door: abt Denis Hendrickx o.praem.
Lezingen: Sirch 50, 1-13a; Romeinen 12, 1-8 en Matteus 25, 14-30
Inleiding
Op deze dag herdenken we dat Norbert van Gennep – nog maar 54 jaar oud – in 1134 stierf. Hij werd begraven te midden van zijn medebroeders van de Maria abdij van Maagdenburg. Want hij had gekozen voor communio in leven en sterven. Norbertus leefde in bewogen tijden. Na de verschrikkelijke periode van de zogenoemde IJzeren Eeuw was het nu alom beweging en hervorming. Door Gods genade had Norbertus succes.
Norbertijnen, Norbertinessen, een kanunniken-beweging. Het is niet alleen bidden, maar ook met open ogen, open oren en open handen op de samenleving gericht zijn. Norbertus gaf Blinden het gezicht, gaf armen te eten en bracht ruziemakers tot verzoening. Zo geldt ook de opdracht voor zijn volgelingen. Zorgend, helend, onderwijzend en troostend pastoraal aanwezig te zijn tot Gods eer en het heil van de wereld.
Laat ons heel nadrukkelijk vandaag daartoe bidden met woorden om openheid en vergeving, om een nieuw begin.
Verkondiging
Van onze stichter Norbertus is maar weinig echte – laat staan eigen – documentatie overgeleverd. Er zijn nauwelijks of geen geschriften van hem bekend. En hoe hij in afbeeldingen wordt overgeleverd zegt volgens mij veel meer over de tijd dat de afbeeldingen werden gemaakt dan over de persoon van Norbertus zelf. Zo zien we hem bijvoorbeeld vaak afgebeeld met een monstrans in de hand, zoals ook in onze abdijkerk (en in ons geval wel een heel grote monstrans). Die afbeelding is een uiting van de contrareformatie want daar werd toen sterk de nadruk op gelegd. In zijn eigen tijd vond Norbertus zelf de bediening van het woord veel belangrijker. Hij trok als volksprediker rond in vooral het huidige Noord-Frankrijk. Dat rondtrekken, dat in beweging zijn, wordt in de huidige tijd weer meer gebruikt om hem te verbeelden. Norbertus als de actieve wandelaar met de wandelstok welke uitmondt in een olijftak, onderweg om rechten vrede te verkondigen. Onze abdijwinkel biedt zo’n afbeelding tegenwoordig ook te koop aan.
Zoals dat met nagenoeg iedereen gaat was Norbertus natuurlijk ook een kind van zijn tijd.
Met veel van zijn tijdgenoten was hij gegrepen door kerkvader Augustinus, op zijn visie op leven in gemeenschap. Zijn keuze voor het religieuze leven droeg in zich om daarmee veranderingen tot stand te brengen. Hij streefde hervorming na van religieus leven en kerkelijke praktijk. Voor hem gold bekering en boetedoening als een belangrijk element voor gezond toekomstig godsdienstig leven. Hij trok naar de Paus om steun te vragen en te betuigen in zijn zoektocht naar waarachtig leven. Voor hem gold ‘terug naar de bron‘. Hoog in zijn vaandel stond een vernieuwing van de kerk naar het model van de eerste christengemeenten. De apostelverhalen golden daarbij zeker als rolmodel.
En we hebben zojuist in nota bene drie verschillende teksten uit de Schrift het nieuws weer eens kunnen vernemen. Hoe Paulus begeestert schrijft aan de christengemeente van Rome. In een enkel woord wordt ons nogal wat voorgehouden. Heel wat aanwijzingen worden gegeven hoe waarachtig samenleven er uit zou dienen te zien wil het echt voldoen aan Gods bedoeling met mensen.
Deze Schriftwoorden roepen idealen in ons wakker welke we niet mogen vergeten , als religieuze gemeenschap, als Christengemeenschap. Ieder van ons immers heeft talenten, kwaliteiten, gaven gekregen. De woorden uit de Schrift willen ons vandaag opbeuren. Wie oprecht leeft en omgaat met anderen wordt gewaardeerd. Wie naar zijn of haar vermogen handelt, doet goed. God kijkt niet naar wat we doen, zoals wij zelf maar al te vaak. We kijken wat een ander heeft gedaan en gaan dan vergelijken met wat we zelf hebben gedaan. God kijkt anders. Hij kijkt met de ogen van het hart. God kijkt of we – wat we doen – met de nodige liefde hebben gedaan, met respect voor de ander: God wil alleen weten of we onze talenten hebben aangewend om anderen een beetje vooruit te helpen in het leven.
Wat mijmerend bij die woorden uit het boek wijsheid van Jezus Sirach en toegepast op en bij Norbertus zou ik wat hardop willen nadenken en voorzichtig onder woorden willen brengen: Norbertus, zo maar een mens waarin het vuur opstond: naar buiten breken in een leven met een tijding. Norbertus, een mens… luisterend, zoals profeten luisterden: gespannen naar de Ene die hem aanraakte en dienaar deed zijn.
Verkondiging: niet uit boeken alleen, niet als reislast meegedragen maar opwellend uit het levende woord en als blijde boodschap doorgegeven.
Norbertus een mens op weg, staande tegenover weerbarstige krachten, van binnen en buiten.
Norbertus, levend geworden antwoord van een mens aan zijn Heer.
Norbertus, nog altijd de geest die roept en inspireert, die uitkiest wie hij wil.
Helper in onzekerheid en angst, weg wijzend, begeleidend, verrassend nieuw, ook daar waar eeuwen rusten op de huizen.
Norbertus, vader en profeet. Over eeuwen heen klinkt de woordeloze stem van uw gehoorzaamheid aan de Geest, van uw dienaar-zijn, van uw geven. Hij de man van hulp aan allen die het avontuur waagden, die geroepen werden en zijn om te gaan door het duister van niet weten, in het licht van het geloof.
Mag in het licht van de Schriftwoorden van deze dag de man van vandaag een steun zijn en blijven voor allen die zich gebonden hebben en zich verbonden ween aan die beweging van Norbertus. En dat alles opdat geest en licht, vuur en warmte verspreid kan blijven door witte vrouwen en witte mannen in welke organisatievorm dan ook. Amen.