Interview DI 10 Sep

Afscheidswoorden Denis Hendrickx als abt van Berne

31 augustus was mijn laatste dag als residerend abt van de canonie van Berne. Tijdens het middaguur droeg ik de eindverantwoordelijkheid over aan prior Frank van Roermund. Vanaf dat moment rust op zijn schouders de zeker niet eenvoudige taak om de invulling van de toekomstige dienst van de leiding voor te bereiden zodat medio oktober een keuze gemaakt kan worden.

Vanaf 10 januari 2013 heb ik de dienst van de leiding mogen bekleden als 71ste abt van Berne. Voor mij een bijzondere datum want uitgerekend op die datum deed ik in 1985 mijn professie en verbond ik me daarmee aan de gemeenschap van Berne. De abtskeuze bracht met zich mee dat ik mijn pastorale taak in Tilburg moest opgeven en moest verhuizen naar Heeswijk. Dat was een hele omschakeling.

Ik koos als mijn motto: ‘Te doen gerechtigheid’, en waarom? Het behoort tot het wezen van Norbertijns leven de ogen en oren open te zetten voor de tekenen van de tijd en deze proberen te verstaan. De Bijbel inspireert ons daarbij: het hart van de Schrift is immers het visioen van een rechtvaardige samenleving. In ons biddend samenkomen worden we aangespoord om op de noden van de tijd in te gaan. Zo bezingt Maria in ons dagelijks avondgebed onze God als Eén die afkeer heeft van de groten en de Trotsen, maar liefde voor de armen. Profeten van toen en nu roepen ons op en dagen ons uit van gerechtigheid te getuigen en de daad bij het woord te voegen. De olijftak in mijn abtswapen wil daar naar verwijzen. Ordestichter Norbertus wordt vaak afgebeeld met een monstrans, maar ook met een olijftak: symbool van vrede, verzoening en gerechtigheid. Paulus spoort ons in zijn Romeinenbrief eveneens voortdurend en nadrukkelijk aan rechtvaardigheid te betrachten opdat bevrijding kan doorbreken voor wat het mens-zijn in de weg staat. De inspirerende theoloog en tekstdichter Huub Oosterhuis zette de oude woorden van Paulus om in een uitdagende hedendaagse taal. ‘Te doen gerechtigheid’ spreekt van een nieuwe wereld waarin recht en ontferming gedaan worden. Dat geldt voor de religieuze gemeenschap; dat geldt voor de kerkgemeenschap in samenkomen en organisatie; voor mensen in hun verschillende samenlevingsverbanden en relaties; voor bewoners van buurten en wijken, van dorpen en steden, in alle landen van deze wereld. Het is ieders opdracht ‘te doen gerechtigheid’.  

Bij mijn aantreden mocht ik bij diverse gelegenheden wat mijmeren omtrent mijn toekomstverwachtingen. En ik citeer enkele woorden uit een vraaggesprek met het Brabants Dagblad rond dat startmoment: ‘Ik besef dat het kloosterleven onder druk staat. De aanwas laat te wensen over, de leeftijd loopt op. Maar ik zie ook een positieve trend: vrijwilligers die mee willen doen en voor onderdelen verantwoordelijkheid willen dragen. Daarom willen wij naar verbreding zoeken, naar nieuwe vormen van verbintenissen. Ik kan mij voorstellen dat wij mensen toelaten tot onze gemeenschap die interesse hebben in onze spiritualiteit zonder dat zij intreden. Dat zij bijvoorbeeld meedoen aan onze gebeden, de dagelijkse werkzaamheden en recreatievormen. Daarnaast kan ik mij indenken dat wij een deel van onze gebouwen verhuren aan maatschappelijke organisaties wier missie wij onderschrijven. Een gevaar van verwatering van het kloosterleven zie ik hiermee niet. Natuurlijk moet je onderling afspraken maken, maar het kan wederzijds bevruchtend werken. Tot het wezen van het norbertijn-zijn behoort dat wij een relatie hebben met de gemeenschap voorbij de kloostermuren. Veel vrijwilligers van buiten zijn al bij ons actief. Wij willen ook nadrukkelijk meedoen aan het maatschappelijk debat, bijvoorbeeld over de toenemende tweedeling in de samenleving. Vanuit de kerk hoor je daar veel te weinig over. Ik wil veel energie steken in het aanknopen van plaatselijke contacten. De abdij mag geen eiland zijn’.

Tot zover wat uitgesproken verwachtingen bij mijn aantreden. We zijn inmiddels ruim elf jaar verder. Zes jaar na mijn aantreden werd ik herkozen voor een tweede ambtstermijn met 75 jaar als de vastgestelde maximum leeftijd. De verwachtingen welke zich in meer of mindere mate aftekenden bij mijn aantrede zijn geen vreemde eend in de bijt gebleken. Het religieuze leven zoals we dat over het algemeen kennen heeft de tijd niet mee. De vraag wordt dan ook regelmatig geformuleerd of het religieuze leven gedoemd is te verdwijnen uit onze omgeving. Het kerkelijk leven in algemene zin maakt moeilijke tijden door. Veel kerken zijn op zondag schaars bevolkt, met grijze haren in de hoofdrol. Kloosters en abdijen vormen daarin geen uitzondering en dat zijn toch de plekken waar het in onze omgeving meestal allemaal is begonnen. Al in de vroege middeleeuwen vestigden monniken, vaak afkomstig uit Ierland zich in de lage landen om er het Woord van God te verspreiden. De uit Engeland afkomstige Willibrord, die na een lang verblijf in Ierland het noorden van ons land ging kerstenen, is ruim 1300 jaar na zijn dood nog steeds een bekende heilige .

Onze geschiedenis laat zien dat de abdij van Berne zeker niet enkel een plek van gebed en bezinning was. Er is kennis verzameld en onderwijs verzorgd; De coöperatieve gedachten welke de grondslag vormde voor de huidige Rabobank en ZLTO vonden hier hun oorsprong. Mannen van Berne zijn er vooral aan het einde van de 19de en het begin van de 20ste eeuw op uitgetrokken. Zo ontstonden de stichtingen in Midden-India, in de Amerikaanse deelstaat Wisconsin en werd de Beierse abdij van Windberg hersteld. Rond het oude en het nieuwe Berne kwamen plaatselijke geloofsgemeenschappen tot stand en werd samenlevingsopbouw gerealiseerd. Berne was en is een werkplaats waar materiaal ten dienst van de eredienst werd samengesteld en van waar het over het hele land zijn weg vond en vindt.

In algemene zin is het eigenlijk heel speciaal te noemen dat de westerse wereld afscheid neemt van het religieuze leven in een periode waarin zoveel mensen de behoefte voelen zich tijdelijk te onttrekken aan de drukte en de snelheid van het moderne leven. Terwijl overheden subsidies uittrekken om stilteplekken te creëren, terwijl tal van organisaties bezinningsmomenten en meditaties organiseren, kwijnen de ultieme plekken van stilte en meditatie zachtjes weg.         

In deze onze tijd kunnen we er niet omheen te constateren dat gemeenschapsleven onder druk staat in het ik-tijdperk. Individualisering kent zeker zijn positieve kanten, maar wanneer het ik geregeld boven de gemeenschap wordt gesteld, dan wordt de gemeenschap ondergraven. Gemeenschap biedt juist een mogelijkheid om te leren van elkaar, om wijzer te worden, te schuren en te schaven, om het samenleven, de samenleving naar een hoger plan te brengen.

Ruim een jaar na mijn aantreden als abt van Berne kondigde de toen ook net gekozen paus Franciscus het Jaar van het Godgewijde leven aan. Veel van de toen geformuleerde gedachten heb ik als een richtsnoer en steun ervaren, zowel voor de opbouw van de concrete religieuze gemeenschap van Berne als voor de hedendaagse betekenis naar buiten. Een enkel citaat wil ik u ook op deze dag niet onthouden:

‘Vrouwen en mannen van communio moeten jullie zijn. Brengt dus de moed op om aanwezig te zijn waar verschillenen en spanningen heersen. Jullie aanwezigheid moet een geloofwaardig teken van de Geest zijn die de harten doet ontvlammen in een passie voor saamhorigheid. Beleeft de mystiek van de ontmoeting, ‘in staat om de ander goed aan te voelen, naar hem of haar te luisteren en gedreven om samen naar de meest aangewezen weg en werkwijze te zoeken’.

En een tweede citaat wil ik zeker ook naar voren halen: ‘Broederlijkheid is het eerste en meest geloofwaardige evangelie dat wij kunnen preken. Er wordt ons gevraagd om onze gemeenschappen te vermenselijken: ‘zorg dragen voor de vriendschap onder elkaar, een familiesfeer, de liefde onder elkaar. Het klooster mag geen vagevuur zijn maar een familie. Er zijn problemen en er zullen er altijd zijn, maar doe zoals men in een gezin doet, met liefde, zoeken naar een oplossing met liefde. Het ene niet kapot maken om het andere te redden. Treed niet in concurrentie. Bouw het gemeenschapsleven op, omdat het in het gemeenschapsleven net zo is als in een gezin, en opdat de Heilige Geest zich te midden van de gemeenschap zou mogen bevinden. Steeds met een groot hart. Laat alles voorbij gaan, schep niet op, wees met alles geduldig, glimlach vanuit het hart. En het teken daarvan is de vreugde’.

En een derde citaat luidt: ‘Van jullie verwacht ik concrete gebaren: onthaal van vluchtelingen, nauwe verbondenheid met de armen; creativiteit in de catechese, de verkondiging van het Evangelie, de inwijding in het gebedsleven. Ik zie daarom uit naar flexibelere structuren, naar een herbestemming van grote gebouwen ten gunste van werken die beter beantwoorden aan de actuele eisen van evangelisatie en caritas, werken aangepast aan de nieuwe noden’.

Nu het moment van afscheid is aangebroken, nu ik terugkijk op die ruim 11,5 jaar, zal het niemand verbazen denk ik als ik aangeef dat het zeker niet altijd even gemakkelijk is geweest: hoe invulling te geven aan religieus leven in deze tijd en hoe vorm geven aan dagelijks leven in gemeenschap? Het was een periode waarin ik afscheidsvieringen heb moeten verzorgen van veel medebroeders. Belangstellenden traden wel in, maar hielden het om allerlei verschillende redenen toch niet vol. Het nieuwe leven bleek te zwaar, de mankementen van de concrete gemeenschap vormden belemmeringen en zoveel aspecten van het oude leven bleven hun aantrekkelijkheid behouden. Daarbij kwam zeker niet onbegrijpelijk de onzekerheid over de toekomst van het religieuze leven in het algemeen en dat van de norbertijnen in het bijzonder.

In allerlei verbanden en met velen binnen en vooral ook buiten het direct religieuze verband is er in de afgelopen jaren nagedacht over toekomst. Heel wat uitvoeringsmodellen zijn de revue gepasseerd. De coronaperiode was ook in ons verband een enorme spelbreker. Voorgenomen besluiten vielen uiteindelijk toch af. Nieuwe plannen moesten gesmeed en ontwikkeld worden. De uitgeverij van Berne Media met haar religieus-liturgische uitgaven moest gereduceerd worden tot het verzorgen van enkel nog liturgisch materiaal ten dienste van heel veel geloofsgemeenschappen in ons land. Echte vrijheid in de keuze van teksten en vooral liederen voor de eredienst was er niet: Oosterhuis bleef in de ban. Berne Boekhandel moest worden afgestoten omdat de bestaande opzet financieel-economisch niet meer mogelijk was.

Maar… wat mag ik met de canonie-gemeenschap en veel betrokkenen terugkijken op heel wat verheugende en hoopvolle gebeurtenissen. Belangrijke elementen van dagelijks Norbertijnen leven bleven gelukkig het ritme van alle dag kleuren: drie maal per dag samenkomen voor gemeenschappelijk gebed, samen de maaltijden gebruiken met onze gasten en met enige regelmaat tijd inruimen om in de huiselijke kring het thuisgevoel te versterken. We mochten steeds meer gasten ontvangen die voor kortere of langere tijd kennis wilden maken met het concrete leven. Mensen onderweg in het leven van alle dag vonden meer en meer op Abdijstraat 49 en in de Essenburgh/Mariëngaard een halte om op verhaal te komen. Zo mochten en konden we een bron van inspiratie en steun zijn voor velen. Voor het in 2021 in het kader van het Brabantse kloosterjaar ingerichte ‘Ons Kloosterpad’ vormt de abdij direct vanaf de start een waar rustpunt. Via particulier initiatief kwam een heel oude traditie van eigen abdijbier weer tot leven: Berne abdijbier werd een feit en trekt steeds meer belangstelling ook en vooral om met de door hen verzorgde dagelijkse rondleidingen kennis te kunnen maken met kloosterleven in deze tijd. In een vernieuwde vorm is de abdijwinkel kort na sluiting weer verrezen. Dat was alleen maar mogelijk door de grote aantrekkingskracht van het bijzondere vrijwilligersproject van Berne Abdijbier met het proeflokaal. De veelkleurigheid van onze religieuze en culturele samenleving kreeg  concrete vertaling in daadwerkelijke opvang van statushouders op het abdijterrein, gastvrijheid voor Oekraïners in Hierden en de oprichting van het interreligieus ontmoetingscentrum Het Ronde Tafelhuis in Tilburg, waar een van onze participanten leiding aan gaf.

De zorg voor de van oudsher aan de norbertijnen toevertrouwde plaatselijke geloofsgemeenschappen kon met de nodige creativiteit worden voortgezet met belangrijke ondersteunende personele inzet van betrokken en geëngageerde pastoraal werkenden en ook hier de onbetaalbare geweldige inzet van vrijwilligers.

Het oude abdijhuis werd als gebouw afgestoten omdat exploitatie in eigen beheer niet langer mogelijk bleek. Met Holie Hub van de stichting Duurzaamheid heeft het een hedendaagse invulling gekregen, maar wel in de sfeer van wat het lang is geweest: een plek voor werk en ontmoeting, voor duurzame doeners.

Een van de oude bedrijfsgebouwen op het complex kreeg na grondige restauratie een bijzondere invulling: provinciaal bodemvondstendepot. Hier op deze historische plek worden tastbare herinneringen aan wat was bewaard om de toekomst er kennis mee te kunnen laten maken.

Berne Anders timmerde aan de weg op het creatieve vlak tussen spiritualiteit, kunst, muziek, meditatie, poëzie, stilte, maatschappelijke bewogenheid en mystiek.

In de bijna twaalf jaar heb ik geprobeerd om samen met medebroeders en medezusters, medewerkers en vele vrijwilligers stappen te zetten onderweg naar morgen. Zonder die samenwerking, zonder die steun van groepen en vooral ook individuele personen zou het in ieder geval heel anders zijn gegaan.

Wat ben ik dankbaar aan onze God  die mij de kracht en de moed gaf in die bijna 12 jaar en mij na het ongemak van Corona weer deed opkrabbelen. Wat is het geweldig om dag in dag uit de mogen ervaren dat de inwendige mens op voortreffelijke wijze verzorgd wordt. Wat mogen we blij zijn dat de dagelijkse hulp voor zieken en hulpbehoevenden via Laverhof geregeld kan worden. Wat is het prettig als je merkt en kunt ervaren dat een geweldig team zorgt voor het onderhoud van het abdijcomplex zowel binnen als buiten: onze interieurverzorging, onze tuinmensen, onze technische dienst.

Op velerlei terrein zijn het medewerkers en vrijwilligers die het dagelijks leven mogelijk maken. Zonder hun daadwerkelijke zichtbare en voelbare ondersteuning zou het allemaal niet mogelijk zijn geweest en zouden de toekomstverwachtingen er heel anders uitzien.

Natuurlijk vraagt zo’n brede betrokkenheid en trouwe inzet om een aangepaste organisatie. Daar zal in de nabije toekomst zeker de nodige aandacht naar moeten uitgaan opdat norbertijnen van Berne, hun medewerkers en vrijwilligers op de verschillende plekken van aanwezigheid samen en in gemeenzaam overleg verantwoordelijkheden kunnen delen en dragen. En dat is zeker in deze overgangstijd niet altijd even voor de hand liggend en logisch.   

Na 13 januari 2013 moest ik inpakken en verhuizen naar Heeswijk. In de afgelopen dagen heb ik weer heel wat ingepakt voor de verhuizing morgen ‘terug’ naar Tilburg. En als je veel bewaart, is dat een hele klus. Ik keer terug naar waar ik was omdat ik mijn opvolger – wie en in welke vorm dat ook zal zijn – alle ruimte wil bieden. Ik keer terug omdat ik van Tilburg ben gaan houden, die uitdagende stad en vooral die speciale wijk Tilburg-Noord waar meer dan 100 nationaliteiten een veelkleurige samenleving vormen, en dat is met vallen en opstaan. In deze multiculturele een multireligieuze omgeving wil ik zolang dat mogelijk is meebouwen om kerk te zijn in de samenleving. Zo wil ik proberen een bijdrage te leveren aan Norbertijnse aanwezigheid in verbondenheid met de medebroeders en participanten elders op hun plekken van leven en werken. Zo voel ik de uitdaging om wegen te banen naar morgen. Niemand weet precies hoe die toekomst er uit zal zien, maar ik heb aan den lijven ervaren en gevoeld dat er vertrouwen is in morgen. Natuurlijk is er reden tot zorg, maar bij de pakken neer gaan zitten is nergens echt aan de orde.

Toen eind van de vorige eeuw het nieuwbouwproject werd gerealiseerd, werd gekozen voor het motto: ‘bouwen met vertrouwen’. De gedenksteen tussen oud- en nieuwbouw geplaatst doet ons er aan herinneren. Dit motto is me bijgebleven en ik houd het nog steeds in mijn vaandel. Ik denk echt dat religieuze bewegingen met hun bijzondere plekken toekomstbestendig zijn. De vorm zal zeker in de loop der tijd de nodige veranderingen moeten ondergaan. Traditie en vaste gewoonte van samenleven, samenwerken en gemeenschappelijk gebed in haar verschillende verschijningsvormen zijn mooi en mogen zeker zo maar niet overboord gezet worden, maar laten we ze alsjeblieft ook niet heilig verklaren en laat ze ook zeker geen hindernissen zijn voor toekomstig leven en werken.

Ik neem afscheid van de dienst van de leiding en ben heel veel mensen dankbaar voor de steun en het gegeven vertrouwen. Mijn geloof in Norbertijner leven en werken is en blijft groot. Ik denk echt dat onze spiritualiteit van Vita Mixta een leven in en met gemeenschap mogelijk blijft maken. In welke vorm… dat zal van tijd tot tijd aan veranderingen onderhevig zijn. Dat is niet erg. Het gaat om de inhoud: vol geloof, samen onderweg om de evangelische waarden handen en voeten te geven in deze onze tijd.

Dank je wel en het ga jullie goed!

Denis Hendrickx o.praem. was van 10 januari 2013 t/m 31 augustus 2024 abt van de Abdij van Berne. Bovenstaande foto werd gemaakt door Gerrit Davelaar.

Reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

2 reacties

  1. Norbertijn Denis Hendrickx,
    Ik wens u al het goede toe en bedank u voor de inzet en het geloof in de Abdij van Berne, de broeders en alle gasten.
    Komende dagen kom ik er voor de derde keer op rij weer graag naar de abdij om in mijzelf verdieping te vinden en te behouden.
    Met vriendelijke groet,
    André Beijer

  2. Thank you for your wonderful recollection of your office as the Abbot of Berne and your partly successful mission of Justice and Peace you championed even before you becoming a Norbertine. your various involvement and dynamic interventions and involvement of neighborhood in the life of the Abbey is commendable. I wish you heath and happiness in carrying out the Norbertine charism of Communio in Tilburg where your heart and mind rests.

Anderen lezen ook

Nieuws
Vier replica's Vermeer te zien in Abdij van Berne
Lees verder VR 13 Sep
Nieuws
Manuela Timmermans nieuwe directeur Het Ronde Tafelhuis
Lees verder DO 12 Sep
Nieuws
Dankwoord bij het afscheid van Denis Hendrickx als abt
Lees verder DI 10 Sep
Blijf op de hoogte met onze nieuwsbrief