Door: abt Denis Hendrickx
Lezingen: Numeri 6, 22-27/Galaten 4, 4-7 en Lucas 2, 16-21
Een zegenbede is met woorden uit het boek Numeri tot ons gebracht op deze speciale morgen van de eerste dag van een nieuw kalenderjaar. Een bede die volgens mij helemaal past bij het karakter en de gewoonte van zo’n dag als vandaag. Zegenen wordt immers direct verbonden met elkaar groeten, met iets goeds uitspreken tegenover de ander. Dat hebben we in de afgelopen nacht al veel gedaan en dat zullen we vandaag en in de komende dagen toch ook doen. Wanneer een zegen is uitgesproken dan willen we ook dat die op iemand blijft rusten. Een zegen gaat met iemand mee. Mensen worden geladen met kracht en kunnen door die kracht verder geleid worden. Je zou kunnen stellen dat in de zegenbede van Numeri ons een drietal wensen wordt overgebracht en aangereikt: en bede om bescherming (Moge God je behoeden op je weg), een bede dat Gods welwillendheid je mag begeleiden door jou aan te zien en een bede dat Hij zijn gelaat naar ons mag keren en vrede mag schenken. Bij zegenen worden spirituele krachten afgesmeekt en doorgegeven. Zegenen vindt plaats daar waar God wordt uitgenodigd om liefdevol om te zien naar een van zijn schepselen, naar een mens of een ander element van zijn schepping. Wie een medemens zegent, wordt alleen al door zijn liefdevolle aandacht tot instrument, waardoor de krachten van de hemel hun weg vinden naar die medemens. En een mens die gezegend wordt, zal door de zegen steeds meer in harmonie met zichzelf komen, meer zichzelf worden, zoals God in zijn wijsheid en liefde hem of haar bedoeld heeft bij zijn schepping.
En dan waren er die evangeliewoorden van Lucas: de betekenis van de naamgeving wordt verbonden met het uitspreken van een zegen over het komende leven. De geboorte van een mensenkind is pas voltooid wanneer zijn naam wordt uitgeroepen. Zolang je alleen maar ademhaalt, ben je er nog niet echt; je wordt pas iemand, wanneer je naam over je wordt afgeroepen, je roepingsnaam: “Jezus zal je naam zijn, Jozua, God bevrijdt. God geve dat jij een bevrijder zult zijn, een mens die ruimte maakt”. Het verhaal gaat dat onze namen geschreven staan in de palm van Gods hand. Het nieuwe leven van het Christuskind wordt met een naam gezegend, een plaats gegeven, een vredevolle toekomst in het vooruitzicht gesteld.
Met woorden van een zegenbede worden ook wij vandaag aangesproken opdat we elkaar zo aanspreken en zegenen op de weg die we dit jaar zullen gaan. Want Nieuwjaarsdag is toch vooral een dag van goede wensen. Hoezeer we ons ook realiseren dat zo’n jaarlijks ritueel niet altijd uit zal komen en dat niet altijd gebeuren zal wat we elkaar toewensten. Vorig jaar zeiden we ook ‘Zalig Nieuwjaar’ tegen elkaar. Maar we hebben denk ik verdriet gevoeld van een dierbare die ontvallen is, van spanningen die van tijd tot tijd ook binnen onze Norbertijnengemeenschap opstaken. We hebben allemaal kunnen zien hoe hartverscheurend de ellende is die mensen elkaar aandoen. Bij vlagen ervaar ik het nogal eens als zwaar om in deze tijd te pendelen tussen Bijbeltekst en actualiteit: de ernst van de klimaatcrisis, de oorlog tussen Rusland en Oekraïne, de onmenselijkheid van Hamas en die van de reactie van Israël, de oplopende internationale spanningen die alles in zich hebben om verder te escaleren, het opkomend nationalisme – ook in ons eigen land – dat niet zelden hand in hand gaat met griezelig racisme.
En dit alles is maar een kleine greep uit die vele gebeurtenissen die het jaar 2023 inkleurden. Maar er zijn natuurlijk ook veel lichtpuntjes. Ze zijn er voluit en zitten vooral in ‘de kleine dingen ‘ die de dagelijkse nieuwsberichten niet halen. Ik doel dan op de ontmoetingen met mensen, die gewoon doorgaan met hun liefdevolle zorg en aandacht voor de ander met wie zij van doen hebben. Het afgelopen jaar is voor velen het jaar geworden van bestaansonzekerheid en dat gevoelen werd gevoed door de tijdgeest, beleving van angst, onzekerheid, politieke en maatschappelijke gebeurtenissen. Het is aan ons om uit die sfeer te stappen en begrippen als vertrouwen, hoop en liefde weer op te diepen, te delen, te bezingen, te leren en te doorleven. Door kerk en geloof af te stoten, wordt er zeker niet per se op vooruitgegaan. We zijn in een onvoorstelbaar tempo gematerialiseerd en ikzelf en onze gemeenschap vormen daar zeker geen uitzondering op. Maar met van kerstmis midwinterfeesten maken, met Tik tok en ga zo maar verder gaan we het niet redden. Je voelt dat dit maar nauwelijks tot wat leidt. In zijn boodschap voor vandaag – 1 januari Wereldvredesdag – dringt Paus Franciscus aan op een open dialoog over de betekenis van nieuwe technologieën en pleit hij voor het doorbreken van de logica van geweld. Tevens verduidelijkt hij hoe middelen die worden ingezet in de ontwikkeling en de aankoop van wapentuig ten koste gaan van de meest kwetsbare en uitgeslotene.
Als wij er niet meer in slagen om te spreken over wat ons ten diepste raakt en beweegt lopen we maar wat doelloos en zwervend rond, op zoek en te koop naar wat in veel gevallen toch vals geluk blijkt te zijn.
Laten wij in het nieuwe jaar de vlam van ons gedeelde geloof brandend houden en ons inzetten voor recht, vrede, duurzaamheid en de vele andere onderwerpen van de noodzakelijke leef- en werkagenda. Laat ons troost brengen waar verdriet is, bemoediging waar moedeloosheid heerst, steun waar tegenspoed mensen overkomt. Het is een wens voor vrede in plaats van oorlogsgeweld, voor gerechtigheid in plaats van onrecht, voor goedheid in plaats van harteloosheid. Dan mag 2024 een gelukkig en zalig nieuwjaar zijn.