Door: Joost Jansen o.praem.
‘Waar zijt gij?’ ‘Waar ben je?’ ‘Waar ben je met je gedachten?’ De vraag wordt niet alleen gesteld als je je vriendin aan de telefoon hebt en je nieuwsgierig bent waar ze uithangt. De vraag klinkt ook als je huisgenoot in de verte staart en afwezig lijkt te zijn. Aanwezigheid is zo urgent, vandaag. Mensen lopen langs elkaar heen, hebben geen tijd voor elkaar, vlug naar de volgende afspraak. Soms ook om niet die ander in de ogen te moeten zien.
‘Waar zijt gij?’ Het is de vraag die aan Adam wordt gesteld, dus aan de mens, iedere mens. En waar is Adam:? Hij verschuilt zich in de bosjes, wendt zijn blik af, hij voelt zich schuldig. Net zoals een kind doet als hij iets heeft uitgespookt en zijn moeder hem vraagt: ‘Kijk me eens aan!’ Wie herkent dit niet? Zou Maria dit ook bij Jezus hebben gedaan? In het evangelie hoorden we dat Maria en Jezus elkaar wel aankijken. Haar Zoon Jezus hangt op het kruis en de Moeder – Maria – wordt toevertrouwd aan de geliefde leerling. Pure aanwezigheid, toppunt van zorg.
We krijgen deze verhalen uit de Schrift op de gedachtenis van Maria, Moeder van de Kerk, een dag gekoppeld aan Pinksteren. De heilige Geest wil steeds mensen bijeenbrengen, tot één kerkgemeenschap, één Lichaam. En moeder Maria slaat haar grote mantel om ons allen heen, wij, de volgers van haar Zoon Jezus. We worden beschermd, bemoedigd, geïnspireerd door haar moederlijke aanwezigheid. Iemand heeft eens gezegd: haar baarmoederlijke er-zijn-bij-ons. Dan gaat het niet om grootse prestaties, dan gaat er om te zijn voor elkaar. Een klein gebaar is soms al voldoende.
En waarin is Maria ons dan nabij? Waar bevinden we ons? Nu, wij hier deze kerk, natuurlijk. Maar ik mis en nog zoveel. Ik zou graag die moederlijke aandacht met veel meer mensen delen. Maria is dus ook een Moeder van een kwetsbare kerk, sommigen zeggen zelfs: een kerk in verval. Dat is de realiteit van onze kerk in de Westerse landen. Iemand nam het beeld op van de Titanic, we weten achteraf dat dit schip ten onder zou gaan. Maar terwijl de Titanic nog rustig vaart, is men slechts bezig met het verplaatsen van de ligstoelen op het dek… Men was zich niet bewust van het gevaar. Het zou ook kunnen slaan op de kerk van vandaag. Men legt noodverbanden aan, parochies fuseren, kerken worden gesloten. Men moet wel. En men denkt dat dit kan zorgen voor een nieuw elan.
Kunnen we het tij keren? Ik kijk naar Maria, Moeder van de Kerk. Wat zou zij doen? De apostelen nabij blijven met haar moederlijke zorg. En dat is niet ‘sof’! Het is de kracht van nabijheid en waar mensen nabij zijn aan elkaar, daar zijn zij getuigen van een God die zich geopenbaard heeft als een God-met-ons. Maria is de moeder die mensen samen wil brengen, ook vandaag nu er zoveel tweespalt is en haat om zich heen grijpt. Maria zou ook wenen als haar dochters en zonen zich zorgen maken of ze nog wel veilig over straat kunnen gaan, of dat er haatmails worden verstuurd zodat je je onveilig voelt. Maria is de Moeder die instaat voor haar kinderen.
Haar moederschap begint natuurlijk wanneer zij te horen krijgt dat zij de Emmanuel, de God-met-ons ter wereld zal brengen. Maar onder het kruis, toen Jezus zijn geest overdroeg, is zij Moeder geworden niet alleen van Johannes de geliefde leerling, maar van ons allemaal. Jezus heeft zijn geest – gisteren – ook aan ons overgedragen, en Hij blijft dit doen. Samen met Maria kunnen wij aanwezig-zijn bij elkaar en bij kwetsbaren. Die kwetsbare kerk waarvan Maria de Moeder is, heeft dit hard nodig.