Door: Joost Jansen o.praem.
Hoe blijf je staande?
Het overgrote deel van het nieuws in de kranten, op de televisie en de social media is slecht nieuws: joden in Amsterdam worden in elkaar geslagen, het water richt verwoestingen aan met veel doden in Valencia, de beelden van de verwoestingen in Gaza doen ons pijn en de oorlog in Oekraïne en op zoveel andere plekken gaat nog steeds door met vele gesneuvelden per dag. We hoeven het echt niet uit onze Bijbel te halen: de apocalyptische verschrikkingen uit de lezingen die we zojuist gehoord hebben, gebeuren vandaag. Wat doet het ons?
Er zijn er die zeggen: alles is vergankelijk, de bladeren vallen van de bomen, de natuur komt tot rust en in het voorjaar komt weer een nieuwe lente, met een nieuwe levensspurt. Dat is zo, maar moet het dan met zoveel geweld én verdriet? Wij zijn toch geen neutrale mensen die van de zijlijn kijken naar het wereldgebeuren? Wij maken er zelf deel van uit, sterker nog: we zitten er midden in. Het doet ons meer dan we willen toegeven. En dat is goed. Het is een teken dat we bewogen zijn om anderen. De hemel is ver weg als je je ogen en oren openzet. Hoe blijf ik, hoe blijven wij staande? En kunnen we invloed uitoefenen op de gang der dingen?
Hoe ik staande blijf? Het ligt hier voor me: de bijbel opengeslagen op een bladzijde vol met duistere gebeurtenissen en tegelijkertijd met het beeld van een kind van mensen dat aan de horizon verschijnt. Laat even alle opsmuk die de tekst ook kent rusten. Brengen we alles even terug tot wat hier geschilderd wordt: duisternis en licht. U ziet het contrast ook op de voorkant van het liturgieboekje. Het gezicht van de Mensenzoon half in de schaduw. Een beschadigd gezicht dus. Misschien zijn wij zelf zo. Want wij zijn toch bestemd om het gezicht van de Mensenzoon te zijn in onze tijd? Waar kunnen wij de floers die over ons ligt, verwijderen? Wanneer wekken wij elkaar om te gaan stralen? Ik weet het, dit klinkt mooi en we durven vaak niet omdat het risico inhoudt, het risico van je aan elkaar te geven. Het risico van een stuk gezichtsverlies, ik hoop het verlies van onze onverschillige kant.
De tweede vraag die ik me gesteld heb is: kunnen we invloed uitoefen op de gang der dingen. Te vaak hoor ik mensen zeggen: daar kunnen we toch niets aan doen. De kiezers hebben gekozen en daar heb je je bij neer te leggen. We zien nu eenmaal dat wereldwijd krachtige mannen en vrouwen opstaan die weg hebben van de Rattenvanger van Hamelen. Die rattenvanger staat voor het misleiden van mensen om hen in de vernieling te brengen. Ook ik ben hier bang voor, grootspraak lost niets op. Ik persoonlijk heb maar weinig invloed op de gang der dingen. Ik geloof echter dat als wij ons laten verzamelen door de goede engelen uit het evangelie dat we wél de loop van de geschiedenis kunnen beïnvloeden, al is het maar door die grote Mammoettanker die we zijn, enkele graden van koers te doen veranderen. Met enkele graden koersverandering komt het schip echt ergens anders uit.
En waar is God in dat alles? Ik moet weer denken aan die parochiaan van 93 jaar oud die op zijn sterfbed hier nog mee bezig was. Hij was zijn hele leven beroepsmilitair geweest en hield het nieuws – en het oorlogsnieuws – goed bij. Hij verzuchtte: wat moet God hier toch allemaal van vinden. Hij moet toch wel verdriet hebben. Piet (zo zal ik hem maar noemen) begon Hem niet de schuld te geven of Hem te bewegen in te grijpen. Dat hoor ik vaker: ‘Wanneer grijpt God nu eens in!’ Piet was bewogen met God, ging als het ware naast Hem staan en bekeek met zijn ogen, oren en hart de verschrikkelijkheden in onze dagen. Dat is de ware invulling van ontferming, van barmhartigheid. Geen neerbuigende houding maar er naast staan. Piet ging naast God staan en had medelijden met Hem.
Is dat de goede houding? Voor wie het gegeven wordt. Het betekent wel dat je met perspectief kijkt naar wat er nu gebeurt aan verschrikkingen in onze dagen, dat je je laat bijeenbrengen om er samen voor te staan zoals wij nu hier in deze abdijkerk, dat je gericht bent op het gelaat van de Mensenzoon die ons als een wenkend perspectief wordt voorgehouden. Dat we dus waakzaam blijven en ons niet – met meer of minder fakenieuws – in slaap laten sussen. Wij samen dienen er toe.