Door: abt Denis Hendrickx
Lezingen: Exodus 19,1-9A; 20,1-18, Handelingen 2,1-11 en Johannes 20,19-23
Als je met enkele woorden nader wilt duiden waar het met Pinksteren om gaat dan komt dat zo ongeveer neer op de volgende omschrijving: Pinksteren is het feest van Geestkracht, van levenskracht en van een naar buiten treden om in de wereld keuzes te maken die leven bevorderen, levenskansen vergroten en het aangezicht van onze aarde vernieuwen. Een prachtige volzin. Het klinkt mooi , maar het gaat meestal niet om eenvoudige keuzes. Er is immers sprake van allerlei belemmeringen door wat er om ons heen gebeurt. Door wat we zien van onrecht en onvrede. Maar ook onze eigen beslommeringen en kleinheid spelen ons vaak parten. Te midden van de waanzin van oorlog en geweld, te midden van onze eigen teleurstellingen, maar ook te midden van rijkdom en welvaart, is het vaak moeilijk om nog te zien waar het echte leven zich verschanst. Waar de kansen zitten om elkaar echt te ontmoeten en samen tot een wereld te komen waarin het voor iedereen waardig is om te leven.
Soms is het dan ook zeker veel gemakkelijker om maar te blijven zitten waar je zit, je af te sluiten van anderen, je op te sluiten in een situatie waarvan je ten diepste weet dat het geen leven is. Dat is eigenlijk de situatie waarin de leerlingen van Jezus zich bevinden op de avond van de eerste dag van de week. Ze zijn moe, ze zijn teleurgesteld, ze zijn verslagen, ramen en deuren dicht, want de wereld heeft hun idealen de grond in geboord. Ze kunnen er alleen nog maar bang van zijn.
Ik denk dat de ervaring en gevoelens van de leerlingen voor heel wat mensen in onze wereld de nodige herkenning oproepen. Er zijn immers meer mensen op aarde voor wie het leven weinig goeds in petto heeft, dan mensen die welzijn en welvaart in hun levensbagage meedragen. Op heel veel plaatsen van onze aardbol is het leven een kwestie van overleven. In veel gebieden hebben mensen hun handen vol aan het bij elkaar scharrelen van hun levensonderhoud. De rijkdom die er is, is vaak in handen van een kleine groep, de meerderheid heeft het nakijken. Het hoort juist helemaal bij Pinksteren dat we horen dat deze situatie niet het einde van het verhaal is. Zoals de dood niet het laatste woord macht hebben, zo hebben ook teleurstellingen en onrecht niet het laatste woord. Wanneer de leerlingen op een avond bij elkaar zijn, van de kaart en gevangen in verdriet, klinkt er ineens een woord in hun oren: Vrede, Sjaloom. Woorden als wapens tegen de angst,. Het wordt steeds duidelijker dat zij zich niet moeten terugtrekken in hun binnenkamers en zich door verdriet en teleurstelling het leven niet moeten laten ontnemen.
Leven uit kracht van de Geest is kiezen voor het leven. Het is geïnspireerd en geraakt worden en van daaruit de deuren opengooien en het leven tegemoet gaan. Het is zeker ook een oproep om niet bij de pakken neer te blijven zitten , maar in onszelf de bronnen van inspiratie aan te boren en van daaruit onze blik naar buiten te richten. Laat ik mij raken door een mens die mijn aandacht vraagt ? Laat ik mij inspireren door een goede gedachte ? Wil ik openingen bieden en leven schetsen voor een geschonden mens die mij aankijkt en zonder woorden vraagt: doe recht, heb me lief ? Het is die openheid die missionarissen en missionair werkers tot hun levensdoel hebben gemaakt. Zij laten hun beslommeringen achter zich en stappen in een wereld van een ander, leveren een bijdrage aan hun welzijn, hun recht, hun levensvreugde. Niet voor niets staat hun leven en werken juist in deze dagen van Pinksteren centraal.
Pinksteren is kiezen voor het leven en roept daarom op tot verandering, tot het maken van keuzes. Een uitnodiging om op te houden met elkaar niet te willen verstaan. Om alle vooroordelen en opgebouwde muurtjes af te breken, de gesloten deuren te openen en elkaar daadwerkelijk te ontmoeten. We hebben zelf vanwege de coronabelemmeringen in de afgelopen jaren moeten ervaren hoe belangrijk dat is, hoe veel we gemist hebben.
Voor de leerlingen duurde het proces van opengaan een hele tijd, wel vijftig dagen. Toen kwam er ruimte om naar buiten en een nieuwe taal te spreken, een goddelijke taal die iedereen verstaat. De taal waarin woorden als vrede, solidariteit, aandacht en gerechtigheid niet naar de marge zijn gedrongen, maar op de eerste bladzijde staan. Waarin deze woorden daadwerkelijk geleefd worden in de omgang met elkaar. Het was de taal die Jezus sprak en die hem voorgoed aan het leven heeft verbonden. De leerlingen gingen deze taal opnieuw spreken en zorgden ervoor dat achter de gesloten deur de levenskracht zo sterk werd dat de deur uit haar scharnieren barstte.
Mag de boodschap van Pinksteren ook onze deuren openzetten en vooral ook openhouden. Mogen we aangevuurd worden en mag er frisse wind door de wereld gaan.